Het oordeel van de bedrijfsarts over de arbeids(on)geschiktheid van een werknemer prevaleert soms boven het oordeel van de verzekeringsarts van het UWV.

De situatie
Een chauffeur met een halfjaarcontract meldt zich ziek. Op 14 september adviseert de bedrijfsarts dat hij weer aan het werk kan in zijn eigen werk, eerst voor 50% en later voor 100%. Als dat niet lukt kan hij ander passend werk doen. De chauffeur gaat, ondanks dit advies, niet aan het werk en hij wordt na twee waarschuwingen op staande voet ontslagen. Nadat de werknemer de nietigheid van het ontslag heeft ingeroepen en zich beschikbaar houdt voor werk, trekt de werkgever het ontslag in. Als de werknemer dan opnieuw niet aan het werk gaat na een oproep, wordt hij voor de tweede keer op staande voet ontslagen. Op 14 november protesteert de chauffeur ook tegen dit ontslag. Vlak daarna vraagt hij een second opinion aan bij het UWV en op 19 november oordeelt de verzekeringsarts dat de chauffeur per 1 oktober arbeidsongeschikt is voor zijn eigen werk.

De vordering
De werknemer stapt naar de rechter. Hij vindt dat hij recht had op loonbetaling omdat hij arbeidsongeschikt was. Hij beroept zich op het oordeel van de verzekeringsarts.

Het oordeel
De rechter stelt dat het doel van een deskundigenoordeel is om een onafhankelijk en onpartijdig oordeel te verkrijgen. Als dat oordeel zomaar terzijde gelegd zou kunnen worden, zou zo’n oordeel zinloos zijn. Maar als er bijkomende omstandigheden zijn, kan een oordeel van de bedrijfsarts wel degelijk boven dat van de verzekeringsarts gaan. En dat is in dit geval zo: de verzekeringsarts heeft de werknemer alleen maar telefonisch gesproken en hem niet daadwerkelijk gezien. Verder is het oordeel geruime tijd na de datum van het geschil gegeven. De rechter laat ook nog meewegen dat de werknemer bijna twee maanden heeft gewacht met het aanvragen van de second opinion. Op basis van deze feiten oordeelt de rechter dat het oordeel van de bedrijfsarts in dit geval prevaleert boven dat van de UWV-verzekeringsarts. Op het loon van drie dagen na wijst de rechter de loonvordering van de werknemer af. De arbeidsovereenkomst is inmiddels van rechtswege geëindigd.

Gegevens rechtszaak:
Kort geding bij kantonrechter Bergen op Zoom, JAR 2013/57,
23 januari 2013 (Bron: P&O actueel)

Mondkapjes